Overig
alle pijlers
Gedicht Slauerhoff
vrijdag 7 september 2007 15:59
vrijdag 7 september 2007 16:21
Kan hem niet vinden maar vond wel een andere mooie:
AFSCHEID
Zul je voorzichtig zijn?
Ik weet wel dat je maar een boodschap doet
hier om de hoek
en dat je niet gekleed bent voor een lange reis.
Je kus is licht,
je blik gerust
en vredig zijn je hand en voet.
Maar achter deze hoek
een werelddeel,
achter dit ogenblik
een zee van tijd.
Zul je voorzichtig zijn?
Adriaan Morriën
(uit: Oogappel , Amsterdam 1986)
AFSCHEID
Zul je voorzichtig zijn?
Ik weet wel dat je maar een boodschap doet
hier om de hoek
en dat je niet gekleed bent voor een lange reis.
Je kus is licht,
je blik gerust
en vredig zijn je hand en voet.
Maar achter deze hoek
een werelddeel,
achter dit ogenblik
een zee van tijd.
Zul je voorzichtig zijn?
Adriaan Morriën
(uit: Oogappel , Amsterdam 1986)
vrijdag 7 september 2007 17:46
Een goede plek om te zoeken is bijvoorbeeld Verzamelde gedichten van J. Slauerhoff... :-) Toevallig heb ik die hier in de boekenkast staan en ik heb de index er even voor je op na geslagen maar er staat geen gedicht in met de titel 'Afscheid'. Wel heeft Slauerhoff allerlei gedichten geschreven rond dat thema, dat maakt het voor mij nu wat lastig zoeken.
Mijn eerste gok zou zijn dat je 'Voor de verre prinses' bedoelt, één van zijn bekendste gedichten, dekt niet helemaal de lading maar wie weet:
Wij komen nooit meer saam:
De wereld drong zich tussenbeide.
Soms staan wij beiden 's nachts aan 't raaam,
Maar andere sterren zien we in andere tijden.
Uw land is zoo ver van mijn land verwijderd:
Van licht tot verste duisternis - dat ik
Op vleuglen van verlangen rustloos reizend,
U zou begroeten met mijn stervenssnik.
Maar als het waar is dat door groote droomen
Het zwaarst verlangen over wordt gebracht
Tot op de verste ster: dan zal ik komen
Dan zal ik komen, iedren nacht.
Soms staa
Mijn eerste gok zou zijn dat je 'Voor de verre prinses' bedoelt, één van zijn bekendste gedichten, dekt niet helemaal de lading maar wie weet:
Wij komen nooit meer saam:
De wereld drong zich tussenbeide.
Soms staan wij beiden 's nachts aan 't raaam,
Maar andere sterren zien we in andere tijden.
Uw land is zoo ver van mijn land verwijderd:
Van licht tot verste duisternis - dat ik
Op vleuglen van verlangen rustloos reizend,
U zou begroeten met mijn stervenssnik.
Maar als het waar is dat door groote droomen
Het zwaarst verlangen over wordt gebracht
Tot op de verste ster: dan zal ik komen
Dan zal ik komen, iedren nacht.
Soms staa
vrijdag 7 september 2007 17:48
Ik deins niet voor de grens,
Nam afscheid van geen mensch,
Toch heb ik nog een wensch,
Dat men mij na zal geven:
'Het goede deed hij slecht,
Beleed het kwaad oprecht,
Hij stierf in het gevecht,
Hij leidde recht en slecht
Een onverdraagzaam leven.
bedoel je deze???
Nam afscheid van geen mensch,
Toch heb ik nog een wensch,
Dat men mij na zal geven:
'Het goede deed hij slecht,
Beleed het kwaad oprecht,
Hij stierf in het gevecht,
Hij leidde recht en slecht
Een onverdraagzaam leven.
bedoel je deze???
Sometimes I question my sanity, but the unicorn and gummy bears tell me I’m fine!
vrijdag 7 september 2007 18:15
Hé Oogje, ook ik heb de verzamelde gedichten hier in de kast staan, niet toevallig echter, ben nl erg gecharmeerd van het werk van Slauerhoff, ik heb ook net gekeken en idd geen gedicht gevonden met die titel.... grappig is dat ik ook al van plan was 'de verre prinses' hier neer te zetten, is nl één van mijn favorieten.... prachtig gewoon
Nora, is dat gedicht wel van Slauerhoff? Of heb je misschien de titel verkeerd?
Nora, is dat gedicht wel van Slauerhoff? Of heb je misschien de titel verkeerd?
vrijdag 7 september 2007 18:58
Deva, ik denk dat ik dan de titel niet goed heb, want 'de verre prinses' is erg mooi maar niet wat ik bedoel. En het gedicht van biol is het ook niet. Slauerhoff weet ik wel zeker. Kennelijk heb ik de titel niet goed opgeslagen. Jammer. Vana, het gedicht dat jij plaatste vind ik ook heel mooi.
Misschien is de verzamelde werken van Slauerhoff dan inderdaad mijn beste optie, morgen dus naar de boekwinkel.
In elk geval heel erg bedankt voor jullie hulp zover. En mocht iemand nog een ingeving krijgen naar aanleiding van de strekking, hou ik me aanbevolen.
Misschien is de verzamelde werken van Slauerhoff dan inderdaad mijn beste optie, morgen dus naar de boekwinkel.
In elk geval heel erg bedankt voor jullie hulp zover. En mocht iemand nog een ingeving krijgen naar aanleiding van de strekking, hou ik me aanbevolen.
vrijdag 7 september 2007 19:45
Op dbnl.nl vond ik deze tekst:
"In de Nieuwe Rotterdamsche Courant van 1 mei werd de mei-aflevering van Helikon kort aangekondigd. Over Greshoff staat in dit bericht te lezen: [...] Het gedicht Een afscheid, met als beginregel ‘'k Heb vele vrouwen in den droom bemind’ was met twee andere gedichten onder de verzameltitel Vergeelde papieren in Helikon 2 (1932) 5 (mei), p. 73 gepubliceerd. Het gedicht stamt blijkens de in Helikon geplaatste datering uit 1910. Een eerste, sterk afwijkende versie was openbaar gemaakt in Het Jaar der Dichters 1911, p. 97 onder de titel Herdenken. Het gedicht is nooit in een afzonderlijke bundel verschenen, maar werd, in de versie van 1932, in de afdeling ‘Oud zeer (1907-1917)’ van Gedichten 1907-1934 opgenomen."
Zou het kunnen dat je Greshoff verwart met Slauerhoff? Mocht het toch gaan om een gedicht van Slauerhoff dan kun je op de genoemde site ook nog even rondkijken, wie weet vind jij meer dan ik. Succes ermee!
"In de Nieuwe Rotterdamsche Courant van 1 mei werd de mei-aflevering van Helikon kort aangekondigd. Over Greshoff staat in dit bericht te lezen: [...] Het gedicht Een afscheid, met als beginregel ‘'k Heb vele vrouwen in den droom bemind’ was met twee andere gedichten onder de verzameltitel Vergeelde papieren in Helikon 2 (1932) 5 (mei), p. 73 gepubliceerd. Het gedicht stamt blijkens de in Helikon geplaatste datering uit 1910. Een eerste, sterk afwijkende versie was openbaar gemaakt in Het Jaar der Dichters 1911, p. 97 onder de titel Herdenken. Het gedicht is nooit in een afzonderlijke bundel verschenen, maar werd, in de versie van 1932, in de afdeling ‘Oud zeer (1907-1917)’ van Gedichten 1907-1934 opgenomen."
Zou het kunnen dat je Greshoff verwart met Slauerhoff? Mocht het toch gaan om een gedicht van Slauerhoff dan kun je op de genoemde site ook nog even rondkijken, wie weet vind jij meer dan ik. Succes ermee!
vrijdag 7 september 2007 20:36
Ann Liv, bedankt! Ik ga zo even op die site kijken. Slauerhoff weet ik echt 100% zeker.
Hoi Livre, jij ook bedankt! Tja, die titel heb ik dus echt fout in mijn kop. Maar ik zoek nog even verder. Met mij gaat het naar omstandigheden wel, maar met mijn moeder niet. Ze heeft longkanker met uitzaaingen in de haar hersenen en ze zal waarschijnlijk heel binnenkort overlijden. En dat is precies waarom ik dat gedicht zoek. Want ze is zo vervlochten met mijn leven en ik heb de helft van haar genen, dat het afscheid alleen al daarom niet definitief kan zijn.
Hoi Livre, jij ook bedankt! Tja, die titel heb ik dus echt fout in mijn kop. Maar ik zoek nog even verder. Met mij gaat het naar omstandigheden wel, maar met mijn moeder niet. Ze heeft longkanker met uitzaaingen in de haar hersenen en ze zal waarschijnlijk heel binnenkort overlijden. En dat is precies waarom ik dat gedicht zoek. Want ze is zo vervlochten met mijn leven en ik heb de helft van haar genen, dat het afscheid alleen al daarom niet definitief kan zijn.
zaterdag 8 september 2007 02:12
Avond
Het huis sliep achter zijn gesloten blinden,
Wij zaten samen op de kille bank,
De dag was als haar oude vader krank,
De blaren fluisterden met moede winden.
Moe van de geuren die zij moeten dragen
Van graven oud en rozen uitgebloeid,
Weemoedig vlagend door verwarde hagen
En 't armelijk loof dat om de zerken groeit.
Je hebt weinig gedacht en veel gezwegen
En stil de handen om mijn hoofd gelegd,
Zoo zeggend:"Ook de grootste liefde kan niet tegen
Den dood die niets ontziet en alles slecht."
Het huis sliep achter zijn gesloten blinden,
Wij zaten samen op de kille bank,
De dag was als haar oude vader krank,
De blaren fluisterden met moede winden.
Moe van de geuren die zij moeten dragen
Van graven oud en rozen uitgebloeid,
Weemoedig vlagend door verwarde hagen
En 't armelijk loof dat om de zerken groeit.
Je hebt weinig gedacht en veel gezwegen
En stil de handen om mijn hoofd gelegd,
Zoo zeggend:"Ook de grootste liefde kan niet tegen
Den dood die niets ontziet en alles slecht."
zaterdag 8 september 2007 02:12
DE ZEE
De zee, het enige leven dat strekt
Van begin tot einde
-Terwijl alle andre, voor kort gewekt,
Gedwee en weerloos verdwijnen-
Geeft in eeuwige breking
De grote, zachte verzekering
Dat, wanneer allen versterven, verstijven,
Zij bevallig zal blijven.
En als ik ga gehaast,
Genaderd en genaast
Door de jagende dood,
Hoor ik de troost
Van ’t eendre golfgeruis,
Dat is als het vermengd gejuich
Van al haar schipbreuklingen, al haar meeuwen,
Aanbreken over de eeuwen,
Die mij verzwijgen en verteren.
Zij heeft geen andre vormen
Dan de borsten van haar golven,
En geen andre woorden dan de volle
Koren van haar brandingen en haar stormen.
Maar sidderend belijdt
Elk leven , hoe verfijnd
En schoon ’t in ’t licht verschijnt,
De wankele kortstondigheid
Van zijn bekoorlijkheid
Voor de geweldige eentonigheid van ’t grootse
En de onsterflijke lieflijkheid van ’t doodse.
De zee, het enige leven dat strekt
Van begin tot einde
-Terwijl alle andre, voor kort gewekt,
Gedwee en weerloos verdwijnen-
Geeft in eeuwige breking
De grote, zachte verzekering
Dat, wanneer allen versterven, verstijven,
Zij bevallig zal blijven.
En als ik ga gehaast,
Genaderd en genaast
Door de jagende dood,
Hoor ik de troost
Van ’t eendre golfgeruis,
Dat is als het vermengd gejuich
Van al haar schipbreuklingen, al haar meeuwen,
Aanbreken over de eeuwen,
Die mij verzwijgen en verteren.
Zij heeft geen andre vormen
Dan de borsten van haar golven,
En geen andre woorden dan de volle
Koren van haar brandingen en haar stormen.
Maar sidderend belijdt
Elk leven , hoe verfijnd
En schoon ’t in ’t licht verschijnt,
De wankele kortstondigheid
Van zijn bekoorlijkheid
Voor de geweldige eentonigheid van ’t grootse
En de onsterflijke lieflijkheid van ’t doodse.
zondag 16 september 2007 13:03
Mastermind en Oogje: ook jullie nog dank voor de goede wensen en hulp met het gedicht.
Mijn moeder is afgelopen maandag overleden. Ze was erg ziek, dus het was wat dat betreft geen verrassing. Vrijdag was de begravenis.
Het gedicht waarnaar ik op zoek was, bleek toch niet van Slauerhoff. Ik was (en ben) niet erg scherp in deze tijden. Het gedicht dat ik uiteindelijk heb voorgedragen is 'weggaan' van Rutger Kopland.
Sorry dat ik jullie allemaal op het verkeerde spoor heb gebracht en nogmaals dank voor het meezoeken.
Mijn moeder is afgelopen maandag overleden. Ze was erg ziek, dus het was wat dat betreft geen verrassing. Vrijdag was de begravenis.
Het gedicht waarnaar ik op zoek was, bleek toch niet van Slauerhoff. Ik was (en ben) niet erg scherp in deze tijden. Het gedicht dat ik uiteindelijk heb voorgedragen is 'weggaan' van Rutger Kopland.
Sorry dat ik jullie allemaal op het verkeerde spoor heb gebracht en nogmaals dank voor het meezoeken.
zondag 16 september 2007 14:21
Ach arme Nora.... Gecondoleerd met je moeder meissie. Het is fijn voor haar dat ze nu geen pijn meer heeft en niet meer hoeft te lijden, ik hoop dat dat enigszins een troost voor je is.
Toen mijn vader stierf kreeg ik van een heel lief iemand een gedicht toegestuurd van J.P. Rawie, het gaat over een vader maar je kan natuurlijk ook een moeder lezen... Ik zal het hier voor je kopiëren, misschien troost het je een beetje...
Mijn vader sterft ; als ik zijn hand vasthoud,
voel ik de botten door zijn huid heen steken.
Ik zoek naar woorden, maar hij kan niet spreken
en is bij elke ademtocht benauwd.
Dus schud ik kussens en verschik de deken,
waar hij met krachteloze hand in klauwt ;
ik blijf zijn kind, al word ik eeuwen oud,
en blijf als kind voor eeuwig in gebreke.
Wij volgen één voor één hetzelfde pad,
en worden met dezelfde maat gemeten ;
ik zie mijzelf nu bij zijn bed gezeten
zoals hij bij zijn eigen vader zat :
straks is hij weg, en heeft hij nooit geweten
hoe machteloos ik hem heb liefgehad.
Toen mijn vader stierf kreeg ik van een heel lief iemand een gedicht toegestuurd van J.P. Rawie, het gaat over een vader maar je kan natuurlijk ook een moeder lezen... Ik zal het hier voor je kopiëren, misschien troost het je een beetje...
Mijn vader sterft ; als ik zijn hand vasthoud,
voel ik de botten door zijn huid heen steken.
Ik zoek naar woorden, maar hij kan niet spreken
en is bij elke ademtocht benauwd.
Dus schud ik kussens en verschik de deken,
waar hij met krachteloze hand in klauwt ;
ik blijf zijn kind, al word ik eeuwen oud,
en blijf als kind voor eeuwig in gebreke.
Wij volgen één voor één hetzelfde pad,
en worden met dezelfde maat gemeten ;
ik zie mijzelf nu bij zijn bed gezeten
zoals hij bij zijn eigen vader zat :
straks is hij weg, en heeft hij nooit geweten
hoe machteloos ik hem heb liefgehad.