Overig
alle pijlers
Pijn aan je taalgevoel
zaterdag 23 juni 2012 23:20
Ken je dat? Pijn aan je taalgevoel?
Dat heb ik als ik iemand iets hoor zeggen waarbij 'n knoeper van 'n grammaticale fout wordt gemaakt, of de klemtoon verkeerd wordt gelegd.
En het voelt net zoals dit:
Ik woon nu 'n kleine 15 jaar in Rotterdam, en kan nog altijd niet wennen aan Maastùnnel en rookvléés. Brrrr... En net hoorde ik 'n aankondiging op 'n amateurradiostation:"De volgende nummer is..." Ieeeuuww....
Herkenbaar? Wat doet pijn aan jullie taalgevoel?
Dat heb ik als ik iemand iets hoor zeggen waarbij 'n knoeper van 'n grammaticale fout wordt gemaakt, of de klemtoon verkeerd wordt gelegd.
En het voelt net zoals dit:
Ik woon nu 'n kleine 15 jaar in Rotterdam, en kan nog altijd niet wennen aan Maastùnnel en rookvléés. Brrrr... En net hoorde ik 'n aankondiging op 'n amateurradiostation:"De volgende nummer is..." Ieeeuuww....
Herkenbaar? Wat doet pijn aan jullie taalgevoel?
dinsdag 8 juli 2014 21:19
quote:misschicken schreef op 07 juli 2014 @ 05:47:
Als je een banner plaatst voor een nieuw programma van SBS6, hoe moeilijk is het dan om de tekst even te laten controleren?
Het publiek verdeeld ¤10.000? Ik was gister in zo'n obstinate bui dat ik SBS gemaild heb om ze op deze fout te attenderen....
Als je een banner plaatst voor een nieuw programma van SBS6, hoe moeilijk is het dan om de tekst even te laten controleren?
Het publiek verdeeld ¤10.000? Ik was gister in zo'n obstinate bui dat ik SBS gemaild heb om ze op deze fout te attenderen....
maandag 14 juli 2014 08:51
quote:Trotter schreef op 27 juni 2014 @ 23:06:
Alleen is de geschreven vorm hierboven al niet goed; het is 'hij datet' (want: stam+t). De verleden tijd is hij datete, voltooid deelwoord gedatet. Dit is op dit forum een van de meest fout vervoegde werkwoorden denk ik..
Je hoort maar één t [hij deet], maar je schrift er twee. Ook bij gequotet, hij quotet, hij quotete, gij quotetet. Je zegt: gekwoot, hij kwoot, hij kwote, gij kwotet.
In gesproken taal kan er weinig misgaan en kun je gewoon zeggen: "hij kwoot". In geschreven taal kun je dat bij "quoten" moeilijker omzeilen, omdat specifiek een voorziening is van een forumsysteem. Maar bij "daten" zeg ik zelf: "hij datet", "hij heeft gedatet", "hij datete". Maar als je dat niet weet schrijf je: "Hij heeft een date", "hij heeft een date gehad", "hij had een date".
Bij gesproken taal kan er een verwarring staan tussen "date" en "DEET" als zelfstandig naamwoord, en tussen "hij datet" en "hij deed". Als je bij mij heel goed luistert (in een IRL- of telefoongesprek) zul je het verschil horen want ik spreek "ik date" uit als "ik dee-iet" en "ik deed" als "ik deet".
Alleen is de geschreven vorm hierboven al niet goed; het is 'hij datet' (want: stam+t). De verleden tijd is hij datete, voltooid deelwoord gedatet. Dit is op dit forum een van de meest fout vervoegde werkwoorden denk ik..
Je hoort maar één t [hij deet], maar je schrift er twee. Ook bij gequotet, hij quotet, hij quotete, gij quotetet. Je zegt: gekwoot, hij kwoot, hij kwote, gij kwotet.
In gesproken taal kan er weinig misgaan en kun je gewoon zeggen: "hij kwoot". In geschreven taal kun je dat bij "quoten" moeilijker omzeilen, omdat specifiek een voorziening is van een forumsysteem. Maar bij "daten" zeg ik zelf: "hij datet", "hij heeft gedatet", "hij datete". Maar als je dat niet weet schrijf je: "Hij heeft een date", "hij heeft een date gehad", "hij had een date".
Bij gesproken taal kan er een verwarring staan tussen "date" en "DEET" als zelfstandig naamwoord, en tussen "hij datet" en "hij deed". Als je bij mij heel goed luistert (in een IRL- of telefoongesprek) zul je het verschil horen want ik spreek "ik date" uit als "ik dee-iet" en "ik deed" als "ik deet".
World of Warcraft: Legion
maandag 14 juli 2014 09:03
Ik zie ook steeds meer "hem(zelf)" of "haar (zelf)" i.p.v. "zich" als het verwijst naar het onderwerp van de zin (of naar het verborgen onderwerp van een infinitief). En dat gebeurt bij werkwoorden die niet "zich" vereisen. Laatst zag ik de volgende zin:
"Ik ben daarom van mening dat zij zelf de enige is die voor haarzelf kan bepalen of de opbrengsten opwegen tegen de nadelen."
De schrijver bedoelt dat zijzelf de enige is die voor zichzelf kan bepalen... etc. Wat ik schuin heb gemaakt is het onderwerp en wat ik vet heb gemaakt verwijst terug naar het onderwerp. Bij werkwoorden als "vergissen" vereist een wederkerigheid. Een zin "Hij vergist hemzelf" zal niet zo vaak voorkomen als "Hij wast hemzelf". Voor mij zijn beide zinnen gewoon fout. Een werkwoord als "bepalen" vereist niet per definitie een wederkerig voornaamwoord zoals "zich", maar kan ook iets anders bevatten. Een zin "hij vergist die vrouw" kan ook helemaal niet.
Dus als je schrijft: "hij bepaalt voor hem wat hij het beste kan doen", kan wat mij betreft "hem" nooit verwijzen naar "hij" maar naar iemand anders die verder niet in die zin wordt vermeld.
"Ik ben daarom van mening dat zij zelf de enige is die voor haarzelf kan bepalen of de opbrengsten opwegen tegen de nadelen."
De schrijver bedoelt dat zijzelf de enige is die voor zichzelf kan bepalen... etc. Wat ik schuin heb gemaakt is het onderwerp en wat ik vet heb gemaakt verwijst terug naar het onderwerp. Bij werkwoorden als "vergissen" vereist een wederkerigheid. Een zin "Hij vergist hemzelf" zal niet zo vaak voorkomen als "Hij wast hemzelf". Voor mij zijn beide zinnen gewoon fout. Een werkwoord als "bepalen" vereist niet per definitie een wederkerig voornaamwoord zoals "zich", maar kan ook iets anders bevatten. Een zin "hij vergist die vrouw" kan ook helemaal niet.
Dus als je schrijft: "hij bepaalt voor hem wat hij het beste kan doen", kan wat mij betreft "hem" nooit verwijzen naar "hij" maar naar iemand anders die verder niet in die zin wordt vermeld.
World of Warcraft: Legion
maandag 14 juli 2014 09:14
LunaLoona,
Nu is "wezen" (werkwoord in de betekenis van "zijn") toch wel een raar werkwoord, met de vreemdste vervoeging die ik ken. Het heeft geen vormen meer in de tegenwoordige tijd: ik ben, jij bent, gij zijt, hij/zij/het is, wij/jullie/zij zijn. In de verleden tijd lijkt het werkwoord sterk te zijn: ik/jij/hij/zij/het was, maar bij "gij" en in het meervoud verandert de s (of z) in r: gij waart, wij/zij/jullie waren. "Wezen" lijkt bij het voltooid deelwoord zwak, maar de 't kofschip-regel wordt schijnbaar ten onrechte toegepast: geweest (en niet geweesd). Z komt toch niet in 't kofschip voor? Waarom dan een t?
Ik ben daarom benieuwd naar de etymologie (=herkomst) van al die vormen van "wezen" of "zijn".
Nu is "wezen" (werkwoord in de betekenis van "zijn") toch wel een raar werkwoord, met de vreemdste vervoeging die ik ken. Het heeft geen vormen meer in de tegenwoordige tijd: ik ben, jij bent, gij zijt, hij/zij/het is, wij/jullie/zij zijn. In de verleden tijd lijkt het werkwoord sterk te zijn: ik/jij/hij/zij/het was, maar bij "gij" en in het meervoud verandert de s (of z) in r: gij waart, wij/zij/jullie waren. "Wezen" lijkt bij het voltooid deelwoord zwak, maar de 't kofschip-regel wordt schijnbaar ten onrechte toegepast: geweest (en niet geweesd). Z komt toch niet in 't kofschip voor? Waarom dan een t?
Ik ben daarom benieuwd naar de etymologie (=herkomst) van al die vormen van "wezen" of "zijn".
World of Warcraft: Legion
maandag 14 juli 2014 16:53
quote:hans66 schreef op 14 juli 2014 @ 09:14:
LunaLoona,
Nu is "wezen" (werkwoord in de betekenis van "zijn") toch wel een raar werkwoord, met de vreemdste vervoeging die ik ken. Het heeft geen vormen meer in de tegenwoordige tijd: ik ben, jij bent, gij zijt, hij/zij/het is, wij/jullie/zij zijn. In de verleden tijd lijkt het werkwoord sterk te zijn: ik/jij/hij/zij/het was, maar bij "gij" en in het meervoud verandert de s (of z) in r: gij waart, wij/zij/jullie waren. "Wezen" lijkt bij het voltooid deelwoord zwak, maar de 't kofschip-regel wordt schijnbaar ten onrechte toegepast: geweest (en niet geweesd). Z komt toch niet in 't kofschip voor? Waarom dan een t?
Ik ben daarom benieuwd naar de etymologie (=herkomst) van al die vormen van "wezen" of "zijn".
De oudere Germaanse talen hadden oorspronkelijk drie verschillen werkwoorden voor het werkwoord "zijn". Met ieder hun eigen betekenis. Die zijn uiteindelijk allemaal door elkaar gaan lopen.
Hier wordt dat uitgelegd hoe dat was in het oud-Engels (van wikipedia). http://en.wikipedia.org/wiki/%C4%A0%C4% ... lous_verbs
The verb 'to be' is actually composed of three different stems:
Conjugation Pronoun sindon bēon wesan
Infinitive – sindon bēon wesan
Present indicative
ic eom bēo wese
þū eart bist wesst
hē/hit/hēo is bið wes(t)
wē/gē/hīe sind(on) bēoð wesað
Past indicative
ic wæs *wǣs wæs
þū *wǣre *wǣre wǣre
hē/hit/hēo *wǣs *wǣs wæs
wē/gē/hīe *wǣron *wǣron wǣron
Present subjunctive
ic/þū/hē/hit/hēo sīe bēo wese
wē/gē/hīe sīen bēon wesen
Past subjunctive
ic/þū/hē/hit/hēo *wǣre *wǣre wǣre
wē/gē/hīe *wǣren *wǣren wǣren
Imperative
(singular) wes bēo wes
(plural) wesað bēoð wesað
Present participle *sindonde bēonde wesende
Past participle *gesindon gebēon *geweson
The present forms of wesan are almost never used. Therefore, wesan is used as the past, imperative, and present participle versions of sindon, and does not have a separate meaning. The bēon forms are usually used in reference to future actions. Only the present forms of bēon contrast with the present forms of sindon/wesan in that bēon tends to be used to refer to eternal or permanent truths, while sindon/wesan is used more commonly to refer to temporary or subjective facts. This semantic distinction (made only during the present tense) was lost as Old English developed into modern English, so that the modern verb 'to be' is a single verb which takes its present indicative forms from sindon, its past indicative forms from wesan, its present subjunctive forms from bēon, its past subjunctive forms from wesan, and its imperative and participle forms from bēon. In late OE and ME, the form earon/earun, from the Old Norse erun, replaced bēoþ and sind (See also List of English words of Old Norse origin).
LunaLoona,
Nu is "wezen" (werkwoord in de betekenis van "zijn") toch wel een raar werkwoord, met de vreemdste vervoeging die ik ken. Het heeft geen vormen meer in de tegenwoordige tijd: ik ben, jij bent, gij zijt, hij/zij/het is, wij/jullie/zij zijn. In de verleden tijd lijkt het werkwoord sterk te zijn: ik/jij/hij/zij/het was, maar bij "gij" en in het meervoud verandert de s (of z) in r: gij waart, wij/zij/jullie waren. "Wezen" lijkt bij het voltooid deelwoord zwak, maar de 't kofschip-regel wordt schijnbaar ten onrechte toegepast: geweest (en niet geweesd). Z komt toch niet in 't kofschip voor? Waarom dan een t?
Ik ben daarom benieuwd naar de etymologie (=herkomst) van al die vormen van "wezen" of "zijn".
De oudere Germaanse talen hadden oorspronkelijk drie verschillen werkwoorden voor het werkwoord "zijn". Met ieder hun eigen betekenis. Die zijn uiteindelijk allemaal door elkaar gaan lopen.
Hier wordt dat uitgelegd hoe dat was in het oud-Engels (van wikipedia). http://en.wikipedia.org/wiki/%C4%A0%C4% ... lous_verbs
The verb 'to be' is actually composed of three different stems:
Conjugation Pronoun sindon bēon wesan
Infinitive – sindon bēon wesan
Present indicative
ic eom bēo wese
þū eart bist wesst
hē/hit/hēo is bið wes(t)
wē/gē/hīe sind(on) bēoð wesað
Past indicative
ic wæs *wǣs wæs
þū *wǣre *wǣre wǣre
hē/hit/hēo *wǣs *wǣs wæs
wē/gē/hīe *wǣron *wǣron wǣron
Present subjunctive
ic/þū/hē/hit/hēo sīe bēo wese
wē/gē/hīe sīen bēon wesen
Past subjunctive
ic/þū/hē/hit/hēo *wǣre *wǣre wǣre
wē/gē/hīe *wǣren *wǣren wǣren
Imperative
(singular) wes bēo wes
(plural) wesað bēoð wesað
Present participle *sindonde bēonde wesende
Past participle *gesindon gebēon *geweson
The present forms of wesan are almost never used. Therefore, wesan is used as the past, imperative, and present participle versions of sindon, and does not have a separate meaning. The bēon forms are usually used in reference to future actions. Only the present forms of bēon contrast with the present forms of sindon/wesan in that bēon tends to be used to refer to eternal or permanent truths, while sindon/wesan is used more commonly to refer to temporary or subjective facts. This semantic distinction (made only during the present tense) was lost as Old English developed into modern English, so that the modern verb 'to be' is a single verb which takes its present indicative forms from sindon, its past indicative forms from wesan, its present subjunctive forms from bēon, its past subjunctive forms from wesan, and its imperative and participle forms from bēon. In late OE and ME, the form earon/earun, from the Old Norse erun, replaced bēoþ and sind (See also List of English words of Old Norse origin).
maandag 14 juli 2014 20:27
Een zeer interessant verhaal, Markovic. Het Oud-Engels heeft veel geheimen.
En het samengestelde werkwoord in het Oud-Engels: sindon bēon wesan, zie ik ook gedeeltelijk weer terug in het Nederlands, Duits en in mindere mate in het Afrikaans.
Nederlands:
zijn (-) wezen
ik (-) ben (-), (-) (-) was
jij (-) bent (-), (-) (-) was
gij zijt (-) (-), (-) (-) waart
hij (-) (-) (-) [is]*, (-) (-) was
wij zijn (-) (-), (-) (-) waren
jullie zijn (-) (-), (-) (-) waren
zij zijn (-) (-), (-) (-) waren
(-) (-) geweest
Duits:
sein (-) (-)
ich (-) bin (-), (-) (-) war
du (-) bist (-), (-) (-) warst
er (-) (-) (-) [ist]*, (-) (-) war
wir sind (-) (-), (-) (-) waren
ihr seid (-) (-), (-) (-) wart (?)
sie sind (-) (-), (-) (-) waren
(-) (-) gewesen
Afrikaans:
wees (-) (-)
ek, jy, hy, sy, het, ons, julle, hulle (-) (-) (-) [is]*, (-) (-) was
gy (-) (-) (-) [ist]*
gewees (-) (-)
Bij het Afrikaans is er veel meer weggesleten dan in het Engels, Nederlands en Duits. Het werkwoord "syn" bestaat alleen nog als onvoltooid deelwoord "synd(e)" en in het woord "welsyn" (welzijn).
* Waar "is" en "ist" vandaan komen is heel wat minder duidelijk.
En het samengestelde werkwoord in het Oud-Engels: sindon bēon wesan, zie ik ook gedeeltelijk weer terug in het Nederlands, Duits en in mindere mate in het Afrikaans.
Nederlands:
zijn (-) wezen
ik (-) ben (-), (-) (-) was
jij (-) bent (-), (-) (-) was
gij zijt (-) (-), (-) (-) waart
hij (-) (-) (-) [is]*, (-) (-) was
wij zijn (-) (-), (-) (-) waren
jullie zijn (-) (-), (-) (-) waren
zij zijn (-) (-), (-) (-) waren
(-) (-) geweest
Duits:
sein (-) (-)
ich (-) bin (-), (-) (-) war
du (-) bist (-), (-) (-) warst
er (-) (-) (-) [ist]*, (-) (-) war
wir sind (-) (-), (-) (-) waren
ihr seid (-) (-), (-) (-) wart (?)
sie sind (-) (-), (-) (-) waren
(-) (-) gewesen
Afrikaans:
wees (-) (-)
ek, jy, hy, sy, het, ons, julle, hulle (-) (-) (-) [is]*, (-) (-) was
gy (-) (-) (-) [ist]*
gewees (-) (-)
Bij het Afrikaans is er veel meer weggesleten dan in het Engels, Nederlands en Duits. Het werkwoord "syn" bestaat alleen nog als onvoltooid deelwoord "synd(e)" en in het woord "welsyn" (welzijn).
* Waar "is" en "ist" vandaan komen is heel wat minder duidelijk.
World of Warcraft: Legion
dinsdag 15 juli 2014 17:32
quote:hans66 schreef op 21 juni 2014 @ 22:33:
[...]
Bekend is het verschil tussen:
- een lange afstandsloper, een man die graag afstanden loopt, en ook lang is;
- een langeafstandsloper, een man die graag lange afstanden loopt. Of hijzelf ook lang is, wordt niet door het woord aangegeven.
De overeenkomst tussen hen is dat zij beiden wanhopig saai zijn, hoe ver ze ook lopen en langs welke meetlat je ze ook legt.
[...]
Bekend is het verschil tussen:
- een lange afstandsloper, een man die graag afstanden loopt, en ook lang is;
- een langeafstandsloper, een man die graag lange afstanden loopt. Of hijzelf ook lang is, wordt niet door het woord aangegeven.
De overeenkomst tussen hen is dat zij beiden wanhopig saai zijn, hoe ver ze ook lopen en langs welke meetlat je ze ook legt.
donderdag 17 juli 2014 10:18
Voor alle taalnazis' hier.
Grappig nummer van Weird Al Yankovic.
http://www.openculture.co ... ody-of-blurred-lines.html
Grappig nummer van Weird Al Yankovic.
http://www.openculture.co ... ody-of-blurred-lines.html
donderdag 17 juli 2014 10:22
quote:hans66 schreef op 14 juli 2014 @ 09:14:
LunaLoona,
Nu is "wezen" (werkwoord in de betekenis van "zijn") toch wel een raar werkwoord, met de vreemdste vervoeging die ik ken. Het heeft geen vormen meer in de tegenwoordige tijd: ik ben, jij bent, gij zijt, hij/zij/het is, wij/jullie/zij zijn. In de verleden tijd lijkt het werkwoord sterk te zijn: ik/jij/hij/zij/het was, maar bij "gij" en in het meervoud verandert de s (of z) in r: gij waart, wij/zij/jullie waren. "Wezen" lijkt bij het voltooid deelwoord zwak, maar de 't kofschip-regel wordt schijnbaar ten onrechte toegepast: geweest (en niet geweesd). Z komt toch niet in 't kofschip voor? Waarom dan een t?
Ik ben daarom benieuwd naar de etymologie (=herkomst) van al die vormen van "wezen" of "zijn".Bij de kofschip-regel moet je de stam gebruiken, niet gewoon 'en' eraf halen. (Anders zou het ook verhuizde worden.)
LunaLoona,
Nu is "wezen" (werkwoord in de betekenis van "zijn") toch wel een raar werkwoord, met de vreemdste vervoeging die ik ken. Het heeft geen vormen meer in de tegenwoordige tijd: ik ben, jij bent, gij zijt, hij/zij/het is, wij/jullie/zij zijn. In de verleden tijd lijkt het werkwoord sterk te zijn: ik/jij/hij/zij/het was, maar bij "gij" en in het meervoud verandert de s (of z) in r: gij waart, wij/zij/jullie waren. "Wezen" lijkt bij het voltooid deelwoord zwak, maar de 't kofschip-regel wordt schijnbaar ten onrechte toegepast: geweest (en niet geweesd). Z komt toch niet in 't kofschip voor? Waarom dan een t?
Ik ben daarom benieuwd naar de etymologie (=herkomst) van al die vormen van "wezen" of "zijn".Bij de kofschip-regel moet je de stam gebruiken, niet gewoon 'en' eraf halen. (Anders zou het ook verhuizde worden.)
donderdag 17 juli 2014 10:29
quote:ikeaverslaafde schreef op 17 juli 2014 @ 10:22:
[...]
Bij de kofschip-regel moet je de stam gebruiken, niet gewoon 'en' eraf halen. (Anders zou het ook verhuizde worden.)
Bij verhuizen werkt het precies hetzelfde.
Het is nl. verhuisDe en niet verhuisTe, want het infinitief is verhuiZen en dus werkt 't kofschip niet. En dat wilde Hans uitleggen.
[...]
Bij de kofschip-regel moet je de stam gebruiken, niet gewoon 'en' eraf halen. (Anders zou het ook verhuizde worden.)
Bij verhuizen werkt het precies hetzelfde.
Het is nl. verhuisDe en niet verhuisTe, want het infinitief is verhuiZen en dus werkt 't kofschip niet. En dat wilde Hans uitleggen.
donderdag 17 juli 2014 11:23
De stam van verhuizen is verhuiz. Kofschipregel werkt perfect. In het Nederlands schrijven we echter geen z of v aan het eind van een woord, amar altijd een s of F. Dat doet niks af aan het feit dat de stam toch echt verhuiz is. Een B of D aan het eind van het woord wordt dan wel weer geschreven ook al spreek je die stemloos (als p of t) uit.
donderdag 17 juli 2014 18:06